De techniek
Het doel dat ik met de gekozen techniek voor ogen had is de opzet van een bak die inde eerste plaats redelijk stil zou worden en daarnaast, afgezet tegen het watervolume, redelijk zuinig. Andere voorwaarden, onderhoudsvriendelijk met niet meer dagelijks terugkerende handelingen als absoluut noodzakelijk. Hierin past bijvoorbeeld een afschuimer met een lage onderhouds/reinigingsfrequentie. Reden hiervoor is dat ik het belangrijk vind dat de belasting voor een "aquariumoppas" tijdens de vakanties beperkt blijft tot 2 of maximaal 3 controle/onderhoudsbeurten per week.
Als bijdrage in de beperking van de CO2 footprint van het systeem, is op het dak een installatie geplaatst met 10 zonnepanelen, met een totaal vermogen 2.500 piekWatt. Naar verwachting voldoende voor de dekking van ca 2/3 van het energieverbruik.
Goede bereikbaarheid van de techniek. Omdat de visbezetting bestaat uit een aantal relatief grote vissen, die de nodige vervuiling met zich meebrengen, en ik daarnaast ook de mogelijkheid voor het houden van wat moeilijker koraalsoorten open wil houden, past daarbij een ruim bemeten filtercapaciteit.
Het aquarium is geplaatst op een ca 100cm hoog onderhoudsvrij RVS frame, opgebouwd uit 50mm profielen. De netto werkhoogte onder het aquarium bedraagt ca 90cm. Vergeleken met mijn vorige sumpkast, met een werkhoogte van krap 60cm, een verademing. De volledige voorzijde van het frame is vrij van steunpoten, ook dit weer om comfortabel werken in de onderkast mogelijk te maken. Met een open voorzijde hebt ik de mogelijkheid de sump, die op wieltjes is geplaatst, eenvoudig naar voren te halen en evt. naar buiten te rijden voor schoonmaak.
Sump: Onder het aquarium bevindt zich een 3-vaks sump met de afmeting 100x60x60 en kan maximaal zo'n 300l water bevatten.
In het eerste vak komt de afvoer onder water uit. Een stabiele waterhoogte en dus constante tegendruk is belangrijk om het eerder genoemde afvoersysteem stil te houden (constant waterniveau in de overloop).
Vanuit het eerste vak loopt het water via een "glijbbaantje" naar een spijlenrooster met daarop watten. Dit bevindt zich 1 a 2 cm boven het waterniveau van het 2e vak, en daarmee wordt watergekletter voorkomen.
Het grote voordeel van dit systeem is dat je de, voormalig gebruik veel te dure gafzakken niet hoeft te reinigen. Doordat er boven de watten, wanneer deze geleidelijk dicht slibben, niveaustijig mogelijk is, blijft door de oplopgende druk de doorstroomcapaciteit van de watten onaangetast. Hier door is 2 keer per week vervangen/uitspoelen van de watten voldoende. Zou je een zelfde reinigings frequentie met gafzakken willen halen, dan zou ik waarschiijnlijk 4 moeten plaatsen. Voor mij geen gafzakken meer!
In het 2e vak draait de afschuimer en is nog plaats voor een later te plaatsen wierenfilter. Het 3e vak is het opvoervak met Tunze niveauregeling en wordt gescheiden van het eerste vak doo,r eerst een zwevend schot (tegen houden luchtbellen van de afschuimer) en vervolgens een staand schot voor het garanderen van een stabiele waterhoogte in het afschuimervak.
Aan het lijstje met gekoppelde techniek is te zien dat ook dat deel van het aquariumhouden mij boeit. Ik hou wel van "mooie techniek" en vind het interessant dit soort zaken uit te zoeken. Afgezien van het led-armatuur en de zwavelnitraatreaktor is alle techniek 2e hands aangeschaft, iets dat het bedrijven van deze hobby een stuk betaalbaarder houdt. Met een beetje geduld is eigenlijk alle mogelijke wel 2e hands te vinden, en daarmee komt de geavanceerder apparatuur, die nieuw simpelweg veel te duur is, (ik moet het mijn vrouw ook nog een beetje kunnen uitleggen
) toch binnen handbereik.
Afschuimer:
Bubble King supermarin 250, een uitvoering met een grote afschuimcapaciteit (3000l water en 2000l lucht per uur). Ondanks dat het de budget uitvoering is, nog behoorlijk prijzig, maar het geld dubbel en dwars waard. Een keer afstellen en niet meer naar omkijken. Dat was met mijn eerdere afschuimers wel anders.
De afschuimer is voorzien van een Aquadriver skimcleaner,
Deze reinigt 4 keer per dag de binnenzijde van de schuimbeker, middels een wisserblad en het gelijktijdig spoelen met water. De skimcleaner garandeert een constante werking van de afschuimer, zonder dat je dagelijks de schuimbeker handmatig moet reinigen. Het handmatig schoonmaken is nu teruggebracht naar 1 keer in de 3 -4 weken.
Voor het monitoren van de lucht inname van de afschuimer is, is tussen de demper en de venturie een
airflowmeter geplaatst. Hiermee heb je in een oogopslag zicht op de staat van vervuiling van disperagtorrad en venturie.
Afschuimsel wordt in een jerrycan opgevangen. Wens is e.e.a. nog te beveiligen tegen overstroming van de jerrycan in het geval de afschuimer eens moest blijven overkoken. Het gebeurt niet vaak, maar je zult net zien dat iets dergelijks gebeurt als je niet in de buurt bent. De jerrycan kan hiervoor met een viotter worden uitgerust, zodat Profilux gestuurd, de afschuimer wordt stilzet.
Opvoerpomp:
Red dragon 6,5m3 met kalkbypass. Stil en zuinig (65w). Middels 2 aftakkingen, 1 richting qurataine/stekkenbak en een andere met een aantal kogelkranen voor het voeden van het UV, aktievekool en fosfaatfilter. Deze pomp zorgt zowel voor de circulatie naar het aquarium, de quarantaine/stekkenbak en de voeding van verschillende filters. Ik schat dat er netto 3500-4000 l/h naar het aquarium gaat. Dit is nog ruim de hoeveelheid die de afschuimer per uur verwerkt. Vaak is het hoe meer hoe beter, voor de doorstroming van de sump geldt dat niet. Door een beperkte capaciteit van de opvoerpomp gaat uitsluitend de bovenste waterlaag richting sump. Aangenomen mag worden dat juist deze bovenste laag het meeste vuil bevat. Hoe vuiler het water waar de afschuimer in draait, des te groter de hoeveelheid verwijderd vuil per tijdseenheid. Vast staat dat in het beste geval slechts 15% van de aanwezige vervuiling wordt afgeschuimd, per keer dat het water de afschuimer passeert. Wanneer je meer, en dus relatief schoner water door de sump voert, werkt dat averechts op het afschuim rendement. Voor de hoeveelheid stroming in de bak ben ik niet afhankelijk van de opvoerpomp.
Bypass:
Middels een aftakking van de opvoer wordt de randapparatuur van water voorzien. Op dit moment is dat een koolfilter, een fosfaatfilter en een UV-filter. (De zwaverlnitraat reaktoren en de kalkreaktor hebben een zelfaanzuigende pomp). Ik heb bewust gekozen voor voeding van deze filters van de opvoer en vanuit de overloop. Voor het UV-filter zal het meevallen, maar in een kool en fosfaatfilter zal zich zeker vuil gaan verzamelen. Vanaf de opvoerpomp is als eerste gestart met een stuk siliconenslang. Dit is soepel en voorkomt resonatie. Vervolgens een slangtule en 32mm T-stuk met schroefdraad. Als bypass een aantal geschakelde T-stukken met een kogelkraan en slangtule. Om voldoende aanvoer te hebben is het belangrijk ook voor de bypass voldoende diameter aan te houden.
Bijvulsysteem: Voor het bijvullen van verdampingswater wordt nog gebruik gemaakt van een uitbreiding op de Profilux (vlotter en 12v pomp via schakelbaar stekkerblok), die pompt vanuit een 30 liter jerrycan. Ik heb geen voorziening aangelegd die het mogelijk maakt bij het aquarium osmosewater aan te maken, dat gebeurt in mijn garage. Verder dan dit wil ik het bijvullen niet automatiseren, reden daarvoor is dat ik met het vullen van een jerrycan van 30 liter meer als een week vooruit kan en daarmee ook geen risico loop dat wanneer het bijvulsysteem eens blijft hangen, de sump overstroomt en de saliniteit gevaarlijk wordt verlaagd. Daarnaast heb ik vastgesteld dat een osmose apparaat verre van optimaal functioneert als het telkens voor kleine beetjes (bv 100ml) word ingeschakeld. Ik maak voor het bijvullen van mij espressoapparaat gebruik van een aansluiting op de osmoseinstallatie. Telkens als er een kop koffie is gezet wordt het reservoir bijgevuld, de TDS waarde in het reservoir bedraagt 65. Dit terwijl de uitgaande waarde van het osmose toestel, voor de ionewisselaar 1 is! Heb je een osmoseapparaat rechtstreeks aangesloten op een bijvulinstallatie, dan wordt het probleem van de verhoogde tds bij kleine aanmaak hoeveelheden wel opgevangen door het DI filter. Het zal echter voor de verzadiging daarvan nog al een verschil maken of daar water door gaat met een waarde van 1-3 of 65!
Osmoseapparaat: Voor de aanmaak osmosewater wordt gebruik gemaakt van een "no name" apparaat met automatisch spoelinrichting, boosterpomp en een dual in-line tds meter. Merk van een osmose installatie speelt voor mij geen enkele rol. Alle onderdelen zijn tussen de merken uitwisselbaar en het enige wat van belang is, is de kwaliteit van het RO membraan. Kies je er daarvoor 1 van bv Filmtec of GE dan zit je altijd goed.
Omdat is het tamelijk zonde vond dat er relatief veel afvalwater het riool in ging heb ik mijn osmoseapparaat voorzien van 2 extra fiterhuizen met RO membraan. het 2e filter krijgt het water van het eerste, en het derde krijgt het afvalwater van het 2e. Hiermee is de verhouding vuil:schoon opgetrokken van ca 1:4 tot 1:1, bij een tds waarde, voor de ionenwisselaa,r van 2. Dit bij een effectieve capaciteit van ca. 500l schoonwater per 24 uur. Door het gebruik van een osmoseapparaat in combinatie met een ionenwisselaar heb je het beste van 2 werelden. Het RO membraan houd naast het grootste deel van de zouten ook de grotere organische molekulen tegen, terwijl de ionenwisselaar de ongewenste rest-ionen verwijdert. Voor echte noodgevallen, waarbij snel veel water nodig is, is ook de nageschakelde ionenwisselaar rechtstreeks inzetbaar. De ionewisselaar is van het type anion-kation, dus met gescheiden harsen. Voordeel hiervan is dat deze, tegen geringen kosten, zelf is te regenereren, waardoor de kosten zeker als je rekening houdt met transport, maar een fractie bedragen van de kosten van een mengbed ionewisselaar.
Stroming: Stroming in de bak zal uiteindelijk geregeld worden met een 4-tal regelbare stromingspompen, de
Tunze 6105. 3000-13.000ltr/h (bedankt Robertus). Pompen worden aangesloten op de Profilux voor het creeren van een wisselend stromingspatroon. Ik heb inmiddels een aantal jaren ervaring met de Tunze pompen en denk dat, uitgevoerd met de Tunze silence cambs, het ongeveer het stilste type is wat verkrijgbaar is. Qau instelling ben ik geen voorstander van het hoekige golfpatroon (aan-uit-aan-uit), ik denk dat een dergelijke instelling vroegtijdige slijtage in de hand werkt. Liever kies ik voor het sinus patroon waarbij het toerental geleidelijk wordt op- en afgebouwd.
Bijkomend voordeel van het gebruik van laagspannings pompen (24V), is dat ze rechtstreeks kunnen worden aangesloten op een zelf samengesteld
12V back-up systeem voor spanninguitval.
Dit systeem bestaat uit een
onderhoudsvrije 70Ah accu met
druppellader met onderhoudsprogramma. De lader houdt de accu op spanning en voorkomt voortijdige veroudering door sulfatering. In de voedingskabel richting 1 van de stromingspompen is een relais opgenomen dat in geval van spanningsuitval, de stromingspomp overschakelt op accustroom. De betreffende pomp draait dan door op halve capaciteit (12V). Dit is voldoende om het water in de bak wat in beweging te houden. Hierdoor wordt het onstaan van een zuurstofarme laag rond het koraalweefsel voorkomen en vindt gaswisseling aan het oppervalkte plaats. Met deze voorziening is de zuurstof voorziening van koraal en vissen gewaarborgd. Het is mischien wat overkill, maar de accu heeft voldoende capaciteit om dit meerdere dagen vol te houden. Voor zaken als opvoerpomp, verlichting en verwarming is geen back-up geregeld, dit zijn zaken waar een aquarium normaal gesproken makkelijk langere tijd zonder kan.
UV filter: Als preventief middel tegen stip wordt een
Aqua Medic Helix 36W UV-C filter ingezet. Doorstroom 800-1000l/uur voor de effectiviteit van UV is de doorstroomsnelheid bepalend. Te snelle doorstroom levert een te korte bestralingstijd = geen effect als stippreventie. De lamp brandt alleen als de verlichting uitgaat, tot 3 uur nadat de verlichting weer aangaat. Idee hier achter is dat de stipparasiet tijdens donder het substraat verlaat (waar het zich heeft vermeerdert) en op zoek gaat naar een gastheer. Alleen in de periode dat de parasiet vrij rondzwemt is UV effectief.
Zwavel-nitraatreaktor: het systeem is uitgerust met zwavel-nitraat reaktor van
Aquacare ADN 110, met een inhoud van ruim 3 liter zwavelkorrels.
Op de zwavelkorrel vestigen zich anaerobe bacterien. In tegenstelling tot bv een biopelletfilter heeft een zwavel-nitraat reaktor een trage doorstroom. De bedoeling is dat in de reaktor een zuurstofarm milieu ontstaan, waarbij bacterien het zuurstofatoom, nodig voor de ademhaling, van het nitraat molecuul afhalen, waarna er stikstofgas (N2) overblijft.
In de reaktor wordt nauwelijks bacteriemassa aangemaakt, veel minder als bij biopellets. Dit is een voordeel wanneer de reaktor, bijvoorbeeld door stroomstoring stilvalt, en later automatisch weer opstart. Bij andere typen reaktoren is de bacteriemassa dan afgestorven en ontstaat het giftige waterstofsulfide (H2S) met alle gevaren van dien voor het aquarium.
In het verleden heb ik ook koolstof in de vorm van een mix van alcohol, azijn, etc. toegepast. Echter in wat zwaarder belaste systeem als het mijne, met een behoorlijk aantal grote vissen, die ik ook nog eens ruim wil voeren. Uiteindelijk leidt dit tot problemen met verstopte filters en leidingen. De vaak, in het belang van de de koraalkleuring, gehanteerde rantsoenering van het vissenvoer spreek mij totaal niet aan. De vissen hebben er niet om gevraagd bij mij een aquarium te worden gezet en dan ook nog eens zeer krap gevoerd te worden. Ik denk dat de algehele conditie en weerstand van de vissen daar tevens onder te lijden heeft, met problemen als stip tot gevolg. Een ander reden om te keizen voor een bovematige nitraat) heeft dit een groot nadeel, nl vorming van grote hoeveelheden bacteriemassa op plaatsen waar je het niet wilt hebben. Bedoeling is om in de toekomst ook fytoplankton rechtstreeks in het aquarium te voeren, ook dit brengt een hoge nitraat belasting met zich mee als gevolg van de rest-nitraat in het kweekwater. Het onbeperkt opvoeren van de koolstofdosering om dit op te lossen geeft problemen zoals boven beschreven.
De doorstroom van de zwavel-nitraat reaktor wordt geregeld mbv een dosserpomp en bedraagt nu zo'n 3 l per uur. Monitoring van de werking van het zwavelnitraat filter kan door het meten van nitriet/nitraat in de uitstroom, maar het is ook mogelijk een redoxelectrode in de reaktor te plaatsen en te sturen op een redoxwaarden -50 tot -100. Bij negatieve redoxwaarden is er schaarste aan zuurstof, en dat is wat je in zo''n reaktor nodig hebt. Belangrijk om te weten is dat de redoxelectrode bij deze toepassing binnen enkele dagen bezet is met een bacteriefilm waardoor de meting niet zuiver is. Om goed te kunnen meten is regelmatig schoonmaken (afvegen) van belang. Helaas maakt dit verschijnsel een redoxcontroller ongeschikt voor de aansturing van de doorstroom. Het monitoren van de werking is vooral bij de opstart van groot belang. De opstart van dit systeem van nitraat verwijdering neemt tot 6 weken in beslag, anaerobebacterien vermeerderen zich veel langzamer als aerobe. Eenmaal draaien heb je er, afgezien van het af en toe controleren van de redox waarde geen omkijken naar. Wil je het nitraatgehalte verlagen dan verhoog je simpelweg de doorstroom in een aantal stappen. Telkens als de uitgaande waarde weer richting 0 gaat kun de doorstroom verhogen. De doorstroom wordt geregeld met een
Prominent Gamma/5 doseerpomp met een capaciteit van max 20 l per uur. Huidige doorstroom is zo'n 4 liter per uur, waarmee dus per etmaal 100 liter water met een nitraat waarde van 0 terug in het aquarium wordt gebracht. Met deze instelling hou ik met een dag rantsoen van gem. 10 blokjes diepvries, 2 flinke plukken OSI marin flakes 1a2 spirulinatabletten en een blad sla, nitraatwaarde probleemloos op op 5ppm. Deze waarde hanteer ik ook als ondergrens in verband met met de samenstelling van het koraalbestand, dat ook wat meer nitraatbehoeftige softkoraalsoorten bevat.
Toch wordt naast de zwavelnitraatreaktor een kleine dosering vloeibare koolstfbron ingezet (azijn, alcohol, honing en suiker) ik heb namelijk het ideen dat dit bijdraagt aan een vlottere opbouw van bacterien in het filter bij het opvoeren van de doorstroming.
Omdat, itt tot een biopellet filter of ander toediening van koolstof, voor het terugdringen van nitraat, nauwelijks extra bacteriemassa wordt gevormd, doet een zwavelnitraatfilter ook
niets tegen fosfaat. Hiervoor wordt continu DiakatB ingezet. Ik gebruik hiervoor de grovere variant omdat deze de waarde geleidelijker verlaagt.
Toelichting op de verschillende typen nitraatreductoren:
Waar het nitraatreductoren betreft kun je kiezen uit 2 typen:
- autotroof, zwavel-nitraatreaktor, zorgt zelf voor de benodigde energie voor de bacterien (komt uit zwavelkorrels)
- of zoals dhetrotroof, zoals de Aquamedic NR1000, waarbij de bacterien "gevoerd" moeten worden.
De zwavel variant heeft een aantal grote voordelen tov de hetrotrofe reaktor:
- hoeft niet op maat gevoerd te worden om de bacterien in leven te houden, dus geen kans op overdosering en daardoor zuurstoftekort.
- De bacteriemassa is veel kleiner met dezelde effectiviteit, dus geen verklontering/dichtslibben
- minder bacteriemassa verkleint de problemen bij het stilvallen van de reaktor en weer opstarten.
Bij stilvallen kan de bacteriepopulatie afsterven en bij ongecontroleerd opnieuw opstarten je aquarium vergiftigen met waterstofsulfide. Door de geringe bacteriemassa in het nitraat-zwavelfilter is dit risico veel kleiner. (Voor mij DE reden om te kiezen voor de zwavel-nitraatreaktor)
- nadeel van zwavelnitraat is dat het 1e keer opstarten heel lang kan duren (tot 2 maanden), de hetrotrofe reaktor start binnen een paar dagen op.
- voordeel van zwavel-nitraat zijn lage onderhoudskosten, de zwavelkorrels worden slechts heel langzaam verbruikt.
Hier draait de zwavel-nitraat reaktor nu een klein halfjaar in een bak met een forse visbezetting en een aantal grote vissen die flink gevoerd worden (5-6 blokjes diepvries, 3 plukken vlokken en vers groenvoer. In het verleden gebruikte ik tot 25-30ml vodka per dag, de leidde tot enorme vorming van bacteriemassa op ongewenste plaatsen (slangen, leidingen en pompen) Met de huidige doorstroom benut ik nog slechts een fractie van de capaciteit en slaag ik er probleemloos in de nitraatwaarde op de door mij gewenste 2-5ppm te houden. Met een dergelijke reaktor is de combinatie van een zware visbezetting en toch koralen die op kleur blijven binnen handbereik. Ik denk dat het systeem ook ideaal is voor een bak met filterfeeders, waarbij het voeren ook een grote belasting geeft.
Mocht je kiezen voor een zwavelnitraatfilter, neem er dan wel 1 met pomp voor interne circulatie, dit zorgt voor een betere verdeling en hogere nitraatreductiecapaciteit per kg zwavelkorrels.
De mijne komt van
Aquacare, de ADN 110. Mooi en degelijk gebouwd materiaal.
Verlichting:
De bak wordt verlicht met hetzelfde led-armatuur als ik voor de vorige bak van 130 gebruikte. Het betreft een
Vertex Illumina 260 uitvoering met een lengte van 125cm.
Het max. opgenomen vermogen van het standaard armatuur is 320w, hier bij komt nog ca 50w voor de aanvullende modulen. Het armatuur draait voor de kleuren blauw en Royal Blue, op max 75%, het witte kanaal is ingesteld op 30%. Bij de hoogste instelling, midden op de dag, zal het verbruik rond de 225w liggen. Een heel verschil met mijn vorige Giesemann armatuur met 2x250hqi en 4x 54w T5, Dat trok, inclusief verlies voor de voorschakelapparaten, zo'n 900w.
Het was even afwachten of het armatuur voldoende spreiding zou opleveren voor dit formaat bak, maar dit valt eigenlijk alles mee. In de lengte kom ik geen licht te kort. Naar achteren, in de punt komt iets minder licht. Over enige tijd zal ik bekijken of ik dit kan opvangen met de plaatsing van minder lichtbehoeftige koralen daar, of dat er toch nog een klein 2e armatuur bij komt.
Een aantal eigenschappen hebben bij de aanschaf van dit armatuur de doorslag gegeven:
- het gebruik van hoogwaardige leds
- het ontbreken van secundaire lenzen, door de toepassing van krachtige leds ontbreekt de noodzaak tot plaatsing van secundaire lenzen. Hierdoor bedraagt de spreidingshoek 120 graden, waardoor koraal niet alleen van bovenaf licht krijgen, maar ook van opzij. Zowel rechtstreeks, als kaatsen via de ruiten. Ter verbetering van het "kijklicht" is het amatuur dicht bij de voorruit geplaatst en schijnt onder een hoek richting het rif. Om dit te kunnen bereiken is de ophanging aangepast. Het effect wat je hiermee bereikt is dat ook vissen die dicht langs de voorruit zwemmen worden belicht en dus beduidend minder schaduwzijde hebben als bij een standaard led-armatuur met lenzen midden boven de bak.
- de mogelijkheid tot het bijplaatsen van aanvullende modulen. Op dit moment is het armatuur voorzien van een 3-tal multicolor modules waarmee het totaal aantal te regelen kanalen op 8 komt. Wellicht dat voor koraalgroei de standaard leds voldoende zijn (wit-RB-blauw), wat ik ervaar is dat met name de aanvullende modulen de mogelijkheden bieden om het "kijklicht" te verbeteren en aan te passen aan de eigen smaak. Alles is mogelijk van Orphek-paars tot HQI-geel een alles daar tussen in.
- passieve koeling, dus geen lawaai van ventilatoren.
- de degelijke Europese kwaliteit
het armatuur heeft eigenlijk maar 1 minpuntje, de prijs....
EDIT: Op het velichtingsgebied gaat nog een uitbreiding plaatsvinden (december 2013). Omdat de bak een diepte heeft van 90cm (gemeten van vanaf de voorruit tot in de hoek) is met name de achterste hoek, bovenin schaars verlicht. Dit is te zien aan de monitplaten die die alleen aan de voorzijde groeiranden vertonen. Om dit op te heffen is een extra Illumina 90cm armatuur (gebruikt) aangeschaft. Het oorspronkelijke armatuur zal nog meer richting voorruit worden verplaats, dit is gunstig voor het uitlichten van de vissen wanneer ze dicht langs de ruit zwemmen. Door de overlap zal het eerste armatuur op een lager vermogen worden ingesteld. Dit komt ook weer de levensduur van de leds ten goede.
Kalkreaktor: Voor de calcium en kH voorziening is een
Aquamedic KR 5000 aan het systeem gekoppeld. Deze reaktor heeft een totale inhoud van ca 30l. De reactor is wat gedown-sized, standaard is de reaktor voorzien van een Eheim1250 circulatiepomp 25w 24 uur per dag. Deze is vervangen door een kleiner 10w exemplaar om wat energie te besparen.
Als substraat wordt hydrocarbonaat gebruikt en de reaktor draait op een pH van 6,05, gestruurd door de Profilux. Doorstroom wordt geregeld door een membraan doseerpomp van
Prominent Gamma-4 magneet membraandoseerpomp. Deze uitvoering heeft een max. capaciteit van ca 8ltr/uur. Erg betrouwbaar in vergelijking met de vaak gebruikte slangendoseerpomp en traploos te regelen. Vanwege de lange verblijftijd (>20 uur) si de aanrijking van het reaktorwater maximaal en is voor de huidige koraalbezetting een doorstroming van slechts 0,9 liter voldoende voor het op peil houden van de waarden. De inzet van de kalkreaktor heeft op deze manier dan ook nauwelijks invloed op de pH van de bak, welke in een etmaal fluctueert tussen 8,1,en 8,2. De uitloop van de kalkreaktor bevindt zich in de afschuimer, via een gaatje in het deksel rechtstreeks in de afschuimerreaktor. Voor deze manier is gekozen om de afschuimerpomp te ontzien (kalkafzetting) en toch gelijk zoveel van de, mogelijk aanwezige, rest CO2 middels de lucht van de afschuimer uit te drijven. Mocht de Profilux een te sterk dalende pH vaststellen dan wordt de doseerpomp van de kalkreaktor stop gezet.
Verwarming: Aquamedic titanium 300w, aangestuurd door de Profilux met daartussen nog een controller die ik nog had liggen. Zou de schakelbare stekkerblak van de Profilux een keer blijven hangen, dan vormt de controller de beveiliging daarvan. Het is nog even te bezien of 300w voldoende verwarmingscapaciteit biedt voor deze grotere bak met de aangekoppelde quarantainebak. Indien nodig wordt er nog een zelfde element bij geplaatst.
Koeling: Voor de koeling (enkele dagen in de zomer) is het systeem voorzien van een GHL propellorbreeze 5, aangestuurt door de Profilux middels een Breeze controle. Deze controler biedt de mogelijkheid de ventilatoren, afhankelijk van de koelbehoefte, met wisselende spanning aan te sturen. Dit heeft als voordeel dat bij geringe koelbehoefte de ventilatoren niet gelijk op vol vermogen draaien (lawaai). Ventilatoren sarten vanaf 26 graden. Er is bewust niet gekozen voor een koeler, vanwege de kosten van aanschaf en energiekosten. Daarnaast bevindt er zich rondom het aquarium geen mogelijkheid om de warme slucht van de koeler naar buiten af te voeren.
Verdampingskoeling blijft zeker bij een openbak een voor de handliggende optie, hiermee lukt het ommet geringe energiekosten de temperatuurstijging in de zomer met zo'n 3 graden te beperken. De extra verdamping (7-10l/dag bij ingeschakelde koeling) levert geen problemen op omdat verdampingswater automatisch wordt bijgevuld.
Tzt zullen de mogelijkheden voor grondkoeling worden bekeken, de uitvoerbaarheid zal vooral afhangen van de mogelijkheid een aantal gaten naar de kruipruimte te boren, zonder de vloerverwarming te raken
Aquariumcomputer: Aansturing en bewaking van het systeem vindt plaats middels een tamelijk uitgebreide
Profilux 3.1N Ultimate set, met de een Profilux touchscreen naast het aquarium voor bediening en 2 gekoppelde stekkerblokken met ieder 6 kontactdozen. Daarnaast is de set uitgebreid met de volgende uitbreidingen:
- extra pH module voor monitoren en aansturen van de pH in kalkreaktor
- extra redox module voor het monitoren van de zwavelnitraatreaktor
- sms module, zo ingesteld dat een sms wordt verstuurd bij stroomstoring, afwijkende temperatuur en afwijkende pH.
- Aansturing van de stromingspompen eveneens middels de Profilux
- dubbele set doseerpompen
Wierenvak
Mijn sump biedt ruimte voor een "wierenvak".Als experiment hangen in de vrije ruimte van het opvoervak, 2 vijvermandjes met daarin een mix van Caulerpa en Chaeto. Doel hiervan is het vastleggen van stikstof en fosfaat. Daarnaast verwacht ik dat de wieren ook "iets'' teruggeven aan het systeem, waar mn koralen wat aan hebben.
Oorspronkelijk werd er belicht met een standaard spaarlamp, het rendement daarvan viel me tegen tegen. Nauwelijks groei. In een poging het rendement van het wierenvak te verhogen is deze week de standaard spaarlamp vervangen door een 2-tal Chinese (half september besteld, half december ontvangen
)
12W 2Blue 554nm + 4Red 660nm Hydroponic Plant Flood LED Grow Lights
(precies: het type lamp dat ook in de wietteelt wordt gebruikt) Armatuurtjes kosten omgerekend een euro of 15, dus prima geschikt om eens wat mee te proberen.
Ik denk nl. dat ze vanwege het spectrum, voor de wieren een veel beter rendement opleveren. Een ander voordeel t.o.v. de spaarlamp zou moeten zijn dat er minder groei van kalkalgen op sumpwanden en apparatuur zou zijn. Bevestigd aan de sumprand hangen de lampen ca 20cm boven het water en beschijnen ieder een oppervlak van 20x20cm. Vooralsnog lijkt de wiergroei behoorlijk toegenomen. De lampen branden nu met een aan de hoofd bak tegengesteld belichtingsregime, dagelijks 16 uur. De reden voor het 's nachts laten branden is enerzijds het tarief van nachtstroom en anderzijds het afvlakken van de pH daling die normaal gesproken na het doven van de hoofdverlichting op treed. Binnenkort volgt er nog een testje om de lampen continu te laten branden. Middels wegen is eenvoudig vast te stellen of een langere lichtperiode meer wieren groei oplevert. Mocht het e.e.a. goed bevallen, dan biedt de sump nog voldoende ruimte voor verdere uitbreiding van de hoeveelheid wier. Hieronder wat foto's:.